Op 21 april waren deze gemeenteraadsleden zelf aan de beurt om te reageren op het antwoord van wethouder Wiebes op het onderzoek van de Fietsersbond en de nota ‘Dus niet brommen’ van GroenLinks.
En ook was er een nota van Minister Schulz van Haegen. Ze wil niet de snorfiets van het fietspad weren, maar geeft aan dat de gemeenten daar zelf maatregelen voor moeten treffen: “Onder bepaalde omstandigheden kan de afweging gemaakt worden om de snorfiets naar de rijbaan te verplaatsen. De lokale overheid is bij uitstek geschikt om een dergelijke afweging te maken. De wet biedt verschillende mogelijkheden”.
Maar Wiebes ziet niets in lokale maatregelen. Alleen enkele fietspaden, bijvoorbeeld door parken heen zouden voor snorfietsers gesloten kunnen worden. “In feite is mijn standpunt: snor afschaffen. Het is de categorie die nergens past.”, verzuchtte hij. Maar daar gaat de wethouder helaas niet over. En zo verwijzen rijk en gemeente naar elkaar zonder dat er iets gebeurt.
Een meerderheid van de raad, waaronder D66 en coalitiegenoten PvdA en GroenLinks, vindt dat de wethouder in Amsterdam wel degelijk een proef moet doen met snorfietsers op de rijbaan. Mogelijk is dat ook voor snorfietsers zelf juist veiliger: nu gebeuren er veel ongelukken met afslaande auto’s die de snelheid van de op het fietspad achterop komende snorfietsers onderschatten (of ze helemaal niet zien). Na de zomer komt dit onderwerp terug in de raad.
Gelukkig zijn er ook lichtpuntjes. Zo wil de Minister de meetmarges bij overschrijding van de maximumsnelheid verkleinen. Nu wordt een snorscooter die 25 kilometer mag rijden pas bekeurd bij een snelheid op de rollertestbank van 39 kilometer per uur. En de wethouder wil bekijken of er meer snelheidscontroles kunnen komen, al blijft onduidelijk of de politie daar wel capaciteit voor heeft.
Zie ook de stukken voor de raadscommissie 21 april 2011: Reactie wethouder Wiebes op scooteroverlast en onze inspraakreactie tijdens de raadscommissie VVL over de aanpak door de gemeente van scooteroverlast.